Gemeenten willen middelengebruik bij jongeren verminderen

De 16 Zuid-Limburgse gemeenten, waar ook de Heuvellandgemeenten onder vallen, willen alcohol- en drugsgebruik en roken en vapen bij jongeren tot 18 jaar verminderen. De gemeenten gaan meer aandacht besteden aan preventie en handhaving.

Dat staat in het beleidsplan 2025-2028, preventie en handhaving jeugd & middelen. 

Jongeren vapen vaker
Uit onderzoek blijkt dat alcoholgebruik bij jongeren in Zuid-Limburg 5 procent hoger ligt dan het landelijk gemiddelde. 32 procent van de jongeren gaf aan in de afgelopen 4 weken alcohol te hebben gedronken. 18 procent was recent dronken of aangeschoten. Maar er is vooral een grote stijging te zien in het aantal jongeren dat vapet; dat is wekelijks 11 procent. 6 procent van de jongeren rookt wekelijks 'normale' sigaretten.

Drugsgebruik met name in bovenbouw
Onder de jongeren geeft 12 procent aan wel eens wiet of hasj te hebben gebruikt. Dit percentage ligt hoger bij vmbo-leerlingen dan leerlingen op havo of vwo (15 procent ten opzichte van 8 procent). In 18 procent van de gevallen gebeurde dat in de 4e klas, tegenover 4 procent in klas 2. Ook werd aan jongeren gevraagd of ze XTC, cocaïne, paddo's en lachgas gebruikten. 3,5 procent van de Zuid-Limburgse jongeren geeft aan ooit één van deze soorten drugs te hebben gebruikt.

Verkopers
Er is ook onderzocht of verkopers zich aan de regels houden. Dit zogeheten nalevingsonderzoek toont aan dat slechts 33,2 procent van de verkopers zich aan de leeftijdsgrens van 18 jaar houdt. Met name in sportkantines en horecagelegenheden worden de regels overschreden. Zuid-Limburg heeft hiermee een lager nalevingscijfer dan het landelijk gemiddelde van 46,6 procent.

Bewustwording en voorlichting
De gemeenten willen middelengebruik bij jongeren onder de 18 jaar zo lang mogelijk voorkomen en overmatig gebruik te beperken. Dit hopen ze te bereiken door bewustwording te creëren bij gebruikers. De focus ligt op voorlichting aan gebruikers en verstrekkers van middelen en jongeren die overwegen te gaan gebruiken. Ook komt er voorlichting voor ouders en training voor professionals die met jongeren werken, zoals docenten.

In 2025 wordt een uitvoeringsplan opgesteld en halverwege de periode volgt een evaluatie om de voortgang te meten.